Werkbezoek LIMEL: Videodienst van KU Leuven

3 januari 2019

Dinsdag 20 november was Dienst O&O en Video@Zuyd te gast bij de videodienst van KU Leuven: LIMEL (Leuvens Instituut voor Media en Leren). Het doel van het werkbezoek was om kennis en ervaring uit te wisselen. Naast Zuyd en KU Leuven waren er ook mensen van de universiteit van Maastricht.

LIMEL beschikt over studio’s om kennisclips op te nemen, screencasts te maken of presentaties op te nemen voor een lightboard (zie foto’s). LIMEL verzorgt trainingen en daarnaast kunnen studenten en docenten professionele AV-apparatuur huren bij de uitleenbalie. Docenten kunnen zelf aan de slag om video’s te maken maar men kan de dienst ook inhuren om professionele video’s te produceren.

 

Rondetafeloverleg LIMEL, Zuyd en UM

We werden ontvangen door Anke Pesch (hoofd LIMEL), Bert Driessens (beeld- en videoloog) en Mariet Vriens (onderwijsadviseur video). Na het uitwisselen op basis van een rondetafelgesprek, kregen we een presentatie over de werkwijze bij LIMEL en een rondleiding in het studio’s van LIMEL.

Uit het rondetafelgesprek kwamen verschillende gedeelde ervaringen en bevindingen rondom verschillende thema’s die hieronder weergegeven worden.

Ondersteuning en professionalisering (vanuit video-ondersteuning):

  • Het is belangrijk dat een docent die met video aan de slag gaat, direct wordt ondersteund.
  • Het is in de praktijk lastig een goede balans te vinden tussen centrale ondersteuning in relatie tot ondersteuning op een faculteit.
  • Docenten zijn niet gewend vooraf na te denken over een video en het schrijven van een script.
  • Bij algemene docentencursussen is weinig aandacht voor specifieke trainingen rondom video en e-learning.
  • Het is interessant om docentencursussen rondom video ook blended aan te bieden.

Didactiek (voor het onderwijs):

  • Video’s moet je niet als iets losstaand onderdeel zien maar als onderdeel van een groter geheel (onderwijsontwerp).
  • Het is belangrijk is dat je aansluit bij de kennis die is opgedaan bij onderzoek zoals het toepassen van de principes van Mayer.
  • Je moet goed moet nadenken over wat voor een soort video je wil maken en welke vorm daarbij past (instructie, vaardigheid, screencast, talking head, lightboard etc.).
  • Je moet bij het ontwikkelen van je onderwijs in een vroeg stadium nadenken over het ontwerp van je onderwijs en welke rol video daarin kan spelen.

Organisatie (vanuit videodienst):

  • Het is lastig in de praktijk om je diensten te leveren en dit goed te organiseren als er sprake is van meerdere locaties.
  • Als ondersteunde dienst moet je je tijd heel effectief gebruiken omdat er in verhouding qua FTE maar een kleine bezetting is ten opzichte van student-docent populatie.
  • Het is belangrijk dat er beleid is rondom video in onderwijs en er moet een strategie zijn om dit beleid uit te voeren
  • Als ondersteuner moet je van meer markten thuis moet zijn zowel op didactisch, technisch en mediakundig gebied.
  • Video is vaak een sluitpost en een ondergeschoven kindje.
  • We constateren in het gesprek dat KU Leuven, UM, Zuyd en andere hogescholen in Nederland zaken op hele andere wijze organiseren en inrichten.

Techniek:

  • De interface van de software moet simpel en intuïtief zijn.
  • In de praktijk is het lastig alle apparatuur en software tegelijk up to date te houden.
  • De techniek van de video moet dienstbaar moet zijn aan didactiek, dus geen overbodige info in de vorm van ‘picture in picture’ of ‘chromakey’ (principes Mayer).

Beeldvorming:

  • Bij video denkt men vaak alleen aan het opnemen van een college en niet aan screencast, instructievideo’s etc.

Mariet Vriens (onderwijsadviseur video) gaf vervolgens een presentatie hoe LIMEL ondersteuning voor docenten regelt bij het opnemen van kennisclips. Docenten krijgen een onlinecursus aangeboden met daarin de benodigde kennis en aandachtspunten. Op basis van die kennis kunnen ze aan de slag gaan met het maken van een script voor de video. Op dit script kunnen ze feedback ontvangen van Mariet. Vervolgens kunnen ze dit zelfstandig gaan opnemen in een studio of met gehuurde apparatuur. Bij een eerste keer krijgen ze uitleg over de apparatuur maar ze mogen het daarna zelfstandig gebruiken. Ook wordt van de docenten verwacht dat ze het editten (montage) zelfstandig doen.

Uit presentatie Mariet: 3 fasen productieproces

Uit presentatie Mariet: verschillende soorten kennisclips

Men onderscheidt bij een productie 3 fasen die alle drie apart aandacht krijgen in de onlinecursus.

  1. Preproductie, maken van scripts en verzamelen van beeldmateriaal maar ook op de opbouw en didactiek.
  2. Productie, het opnemen van een lecture of kennisclip.
  3. Postproductie, het nawerken, editten etc.

Na de presentatie kregen we een rondleiding in de verschillende studio’s. Zie foto’s.

Grote studio

Lightboard in de ruimte van de grote studio. Hier kun je met een stift op schrijven. Camera filmt het hele scherm zowel docent als uitwerking met stift.

Eén van de werkplekken om screencasts te maken en te editten

Een van de kleinere studio’s om een ‘talking head’ op te nemen (evt. met greenscreen)

AV uitleenbalie met spullen die docenten (en studenten) kunnen lenen

Hall of fame met overzicht van technologische onderwijstoepassingen bij KU Leuven

Een verslag van het bezoek is eerder gepubliceerd op het blog van Frans Roovers.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.